zaterdag 25 april 2009

Kalo pascha - gelukkig paasfeest

Pasen is ongetwijfeld hét belangrijkste feest in Griekenland. Het paasfeest valt dit jaar in Griekenland slechts 1 week later dan in landen die de katholieke of protestantse kalender volgen. Dit komt doordat de Griekse orthodoxen zich (voor het Paasfeest) aan de Juliaanse kalender houden, niet-orthodoxe christenen aan de Gregoriaanse.

De paasweek is ook nu nog dé vastenweek in Griekenland. Wie tijdens de voorbije weken niet gevast heeft, schakelt tijdens de “megali evdomada” vaak toch over op een vleesloos dieet. Sommigen leven zich nog meer in de vastentraditie in, en weigeren ook de consumptie van melk, eieren en andere zuivelproducten.

Zowel in de dorpskerken als in de stad, beginnen de vrouwen met het voorbereiden van het feest. De kerk wordt van boven tot onder gepoetst of opgefrist met witkalk, extra kaarsen worden klaargezet, en het zilverwerk rond de iconen wordt opgeblonken. Vanaf woensdag wordt gestart met het verzamelen van de bloemen, om de “necrotapheio” (het symbolische graf van Christus) te versieren. Dit graf wordt op (witte) donderdag door de parochie gedragen. Goede vrijdag (“megali paraskevi”) is dan weer de ultieme dag van rouw. Overal weerklinken de doodsklokken tot een stuk in de middag. Na de avondmis, trekt de priester zich terug in de kerk voor een symbolische dodenwake.

Op zaterdag is het een drukte van jewelste. De vrouwen maken de paassoep en dito gebak klaar, terwijl de mannen het geslachte lamsvlees voorbereiden. De ingewanden van het zuiglam worden bereid tot “kokoretsi”, een (gigantische) vleesspies van slachtafval. Het lam wordt alvast op een spies geregen en met kruiden ingevet, om zondagmorgen boven het open vuur geroosterd te worden.

Rond 23 uur 30 start in de meeste parochies de paasmis. De laatste jaren heeft de orthodoxe kerk echter af te rekenen met een beperkt aantal roepingen, zodat sommige priesters of “papades” verschillende parochies moeten bedienen. Onze dorpspriester moet doorgaans zo’n 4 missen lezen, waardoor Christus die avond niet eenmaal, maar tot vier maal toe herrijst. Na de Paasmis volgt traditioneel het vuurwerk, en een borrel voor de parochianen. Op Kreta is het bovendien de gewoonte om de “juda” te verbranden, een stropop die Judas-de-verrader moet voorstellen. Eens het vuur gedoofd, begeven de parochianen zich definitief naar de feestdis. Rond 1 uur ’s nacht wordt dan de “mayiritsa” (groentesoep met ingewanden) opgediend, en de fameuze “kokoretsi”, eveneens van ingewanden. Vooral de “mayiritsa” is een machtig gerecht, dat gezien het late uur zwaar op de maag kan vallen.

Zondagochtend is iedereen doorgaans vroeg uit de veren, voor wat het ultieme paasfeest moet worden. Zélfs in de stadsstegen worden her en der barbecues opgesteld, of reist het ganse gezin naar het platteland, voor een maaltijd met de familie of de andere dorpelingen. Pasen is dé vleesdag bij uitstek, waardoor er – naast lamsvlees – vaak weinig anders op het menu staat. Het wordt enkel vergezeld van groene sla, geroosterde aardappeltjes en “kalitsounakia”, met zachte kaas gevulde gebakjes. Net als in vroeger tijden, geeft het gewicht van het lam (doorgaans zo’n 10 tot 12 kilo) het prestige van de gever aan. Ook nu nog is er in de dorpen vaak een (stilzwijgende) wedstrijd om het grootste lam aan te bieden. Zodra het vlees voldoende gaar is, wordt het in stukken gesneden en opgediend. Vooral de kop van het dier wordt beschouwd als een echte delicatesse!

Er wordt urenlang gegeten, de dorpswijn vloeit rijkelijk, en telkens wanneer je denkt dat het feest is afgelopen, worden nieuwe porties aangebracht. Vaak gaat het paasfeest nog uren door, tot de laatste kruimel lamsvlees en de laatste druppel wijn zijn verdwenen.

Paaslam

Wie paasfeest in een kleiner gezelschap viert, geeft doorgaans de voorkeur aan een andere lamsbereiding dan de versie aan het spit. Zelf geef ik de voorkeur aan lamsbout met citroen en thym, omdat dit gerecht minder zwaar is.

Nodig:
1 flinke lamsbout
zout
versgemalen peper
een flinke scheut olijfolie
2 onbespoten citroenen
het sap van 2 citroenen
8 knoflooktenen
3 laurierbladeren
2 tl gedroogde tijm
4 dl rode wijn
2 tot 3 grote aardappelen per persoon

Marineer de lamsbout in het citroensap, de wijn en de helft van de gedroogde tijm. Verwarm de olijfolie en braad het vlees rondom lichtjes bruin (de binnenkant moet beslist rosé blijven). Rasp de schil van de citroenen, en snij de vrucht in dunne schijfjes. Schik de lamsbout in een ovenschotel (de Griekse “tapsi” is ideaal), en breng het op smaak met de citroenschil, de peper, het zeezout en de tijm. Schik de citroenschijfjes, en de stukjes aardappel rond het vlees, en overgiet met de olijfolie. Bestrooi het vlees en de aardappeltjes met de rest van de tijm.Giet ten slotte de marinade in de ovenschotel, en laat het vlees bij 180° zachtjes sudderen in de oven. Overgiet regelmatig met de marinade. Voeg indien nodig nog wat wijn of een beetje water toe. Let op dat het vlees van binnen mooi rosé blijft!

Dit (paas-)gerecht is erg lekker met een frisgroene salade en een fruitige, rode wijn.